In een interview met Het Financieele Dagblad uit Coen van Oostrom, ceo van Edge, zijn zorgen over het negatieve imago van projectontwikkelaars in Nederland. Volgens hem belemmert dat imago de mogelijkheid om effectief deel te nemen aan het politieke debat. 'Omdat wij bekendstaan als zelfverrijkende boeven, lukt het niet altijd om beleid te beïnvloeden,' zegt hij, verwijzend naar een avond waarin hij vergeefs minister Hugo de Jonge probeerde te overtuigen dat de Wet betaalbare huur een slecht idee was. 'Als ik veel verdien met een gebouw, betekent dat niet dat iemand anders armer wordt.'
Van Oostrom wijst op het ontbreken van ‘animal spirits’ in Nederland: de energie en het instinct om te ondernemen en door te pakken. Hij pleit voor een “radicaal midden” in de politiek – niet links of rechts, maar “volle kracht vooruit door het midden” – en ziet een belangrijke rol voor de overheid om ondernemingszin in goede banen te leiden. Daarnaast is hij kritisch op de Europese Unie. Tijdens een bijeenkomst met tientallen ceo’s bij voorzitter Ursula von der Leyen merkte hij op dat de EU geen eigen financiële middelen heeft en daarom vooral nieuwe regels maakt. Die complexe wet- en regelgeving, in combinatie met nationale procedures, maakt bouwen volgens hem “haast onmogelijk”. Het gevolg: buitenlandse investeerders mijden Nederlandse vastgoedprojecten, terwijl dat kapitaal juist hard nodig is.
Van Oostrom, die zichzelf omschrijft als “duurzaamheidsridder”, roept op tot drastische vereenvoudiging van regels en vergunningstrajecten, zowel op nationaal als Europees niveau. Alleen zo kan volgens hem de woningbouw worden versneld en kan Nederland concurrerend blijven als investeringslocatie.