Het Straat Consulaat, belangenbehartiger voor dak- en thuislozen, reikt dit jaar opnieuw de Leegstandsaward uit. Met deze prijs wordt de aandacht gevestigd op langdurig ongebruikte gebouwen in de stad, met als doel beleidsverandering en activering van vastgoed. In Den Haag staan momenteel meerdere grootschalige panden al jaren leeg. Zo wordt de voormalige Shell Campus aan de Carel van Bylandtlaan 23, met 21.000 m² vloeroppervlak, sinds 2019 niet meer gebruikt. Ook De Groene Toren, recent aangekocht door het Rijksvastgoedbedrijf, aan de Prinses Beatrixlaan 23 (28.000 m²) staat sinds datzelfde jaar leeg. De Bincker aan de Binckhorstlaan 115, goed voor 1.400 m², is sinds 2020 buiten gebruik. De bovenste zes verdiepingen van het gebouw van de Rijksdienst voor het Wegverkeer aan de Fruitweg staan zelfs al leeg sinds 1991, terwijl ook het Wijndaelercentrum aan de Catharina van Rennesstraat sinds begin 2023 leegstaat. Vorig jaar ging de award naar de voormalige KPN-telefooncentrale aan de Constant Rebecquestraat. Inmiddels heeft dit pand een nieuwe bestemming gekregen als bioscoop Flora, een voorbeeld van hoe herbestemming langdurige leegstand kan doorbreken.
De eerste editie van de Leegstandsaward zorgde voor forse beleidsaandacht. Dit heeft geleid tot een experimentele leegstandverordening die per 1 januari 2026 in werking treedt. Eigenaren worden vanaf dat moment verplicht om leegstand te melden en riskeren boetes bij langdurige inactiviteit. Het Straat Consulaat pleit ervoor om deze verordening ook uit te breiden naar bedrijfspanden, langdurig leegstaande gebouwen actief op te kopen en het gebruik van antikraak als tijdelijke woonoplossing af te schaffen. Nieuw dit jaar is de oproep aan architecten om één van de genomineerde panden te transformeren tot woonruimte voor woningzoekenden die dringend onderdak nodig hebben. Daarmee wil het Straat Consulaat een brug slaan tussen bewustwording en concrete oplossingen.
Peter Bos, belangenbehartiger bij het Straat Consulaat, benadrukt de urgentie: ‘ Door opnieuw leegstand zichtbaar te maken, houden we de druk op de ketel. De stad heeft ruimte, maar het wordt niet benut. Dat moet veranderen.’